
Naam
Het woord "denominatie" betekent: "benaming" of: "naamgeving". Volgens het Cultureel Woordenboek is het de aanduiding van: "een kerk of groep van
kerken, met een eigen geloofstraditie, kerkorde en liturgie , die hen
onderscheidt van andere kerken". En een "chauvinist" is: “een persoon met een sterke vooringenomenheid betreffende de superioriteit
van zichzelf of van de groep waartoe hij behoort”.
Toen wij dit lazen, werden we ongerust. Want wat
hoort een buitenstaander die Nederlanders naar hun
godsdienstige overtuiging vraagt?
“Vergadering van
gelovigen” --- Zijn er buiten jullie groep dan geen gelovigen?
“Volle evangelie
gemeente”--- Verkondigen anderen een "leeg evangelie"?
“Vrijgemaakt”--- Verkeert de rest van de christenheid in slavernij?
“Doopsgezind” --- Zijn andere kerken doopsvijandig?
“Hervormd-gereformeerd”
--- Is elke buitenstaander een onveranderd mens?
“Gemeente van God” --- Dienen andere kerken afgoden?
“Pinkstergemeente” --- Vieren alleen jullie maar het Pinksterfeest?
“Apostolisch
genootschap” --- Moet ieder ander genootschap het zonder apostelen stellen?
“Christengemeente” --- Zijn er in andere gemeenten geen christenen?
“Evangelische gemeente”
--- Heeft de rest geen blijde boodschap?
Na tien interviews begrijpt zo'n buitenstaander wel hoe de vork in de steel zit: Gelovigen zijn heilschauvinisten! Waarom
noemen ze zich niet gewoon:
"christen"? (Handelingen 11:26). Eén is immers hun Meester, en ze zijn allen broeders (Mattheüs 23:8). "Is het woord Gods bij hen begonnen? Of heeft het alleen hen bereikt? (1
Korinthe 14:36).
Terug
naar de startpagina